Our website uses cookies. A cookie is a small text file which will be saved on your computer or mobile device when you visit our website. More information? Read our cookie policy.
poem: ‘Gheestelick waerlick comt al ghelijke / om te versoecken deze groote santinne...Op een eezel is si gheseten / die niet haest wt sinen treet en gaet...Op sinte aelwaers hooft een voghelken sticht / een aexster gheheten die altijt schatert....Godt weet dat ickse niet en versma / Lof grote santinne aelwaria...Prince nacijen volcx zijn quaet om sommen....Lof grote santinne aelwaria.’
number: ‘18’
Description
Satire op de twistzucht. De verzonnen schijn-heilige Sinte Aelwaer als patrones van de twistzieke lieden. Vrouw met aureool om het hoofd, rijdend op een ezel (koppigheid), met drie dieren als attributen. In rechterhand houdt ze een kat (sluwheid), onder de linkerarm een varkentje (luiheid, kwaadaardigheid) en op haar hoofd zit een ekster (leugenachtigheid en achterklap). Volgens het gedicht duidt het geluid van deze dieren op twistzucht. Op haar schouder zit een rat, die mogelijk eveneens verwijst naar achterklap of naar de dood, waar een zonde als twistzucht uiteindelijk tot leidt. Links en onder de voorstelling tekst in het Nederlands.
Jong, P.J. de, "Sinte Aelwaer, een parodiërende rijmprent" in: Spektator V (1975-1976), p. 128-141.
http://dbnl.org/tekst/_spe011197501_01/_spe011197501_01_0012.php