Fantasiewezens

Eenhoorns, sfinxen, faunen, zeemeerminnen, draken, griffioenen: dit zijn allemaal wezens die ontsproten zijn aan de menselijke fantasie. Ze zijn van alle tijden en komen overal ter wereld voor in de beeldende kunst. Veel van die fantasiewezens of fabeldieren stammen uit mythologische verhalen, sprookjes en legenden. Ze zijn vaak kwaadaardig en gevaarlijk en zijn meestal combinaties van verschillende dieren: een griffioen is half adelaar, half leeuw, een faun is een mens met de achterpoten van een paard of geit, en sfinx is in het oude Griekenland een vrouw met het onderlijf van een adelaar en in Egypte een man met het onderlijf van een leeuw. De welbekende zeemeermin is half mens, half vis.

De eenhoorn is een voorbeeld van een fabeldier dat in verhalen van over de hele wereld voorkomt, in steeds verschillende omschrijvingen. Andere wezens zijn gecreëerd door kunstenaars die zich uitleefden op dieren met tien koppen of zes poten. In de kunst fungeren deze ‘monsters’ vaak als afschrikwekkende bewakers van heiligdommen of kostbaarheden. Veel fabeldieren worden beschreven in bestiaria - boeken over dieren en hun eigenschappen.