Rembrandt van Rijn (1606-1669) wordt gezien als de grootste schilder die ooit in Nederland heeft geleefd. Zijn schilderijen hebben tegenwoordig een waarde van tientallen of soms honderden miljoenen. Zijn beroemdste schilderij De Nachtwacht, wordt zelfs geschat op ruim 500 miljoen euro.
Rembrandt is over de hele wereld bekend en wordt in één adem genoemd met schilders zoals Leonardo da Vinci, Vincent van Gogh en Claude Monet. Zo beroemd als hij vandaag de dag is, zo beroemd was hij ook in de 17e eeuw. Rijke mensen uit binnen- en buitenland lieten zich maar wat graag door hem portretteren.
Het leven van Rembrandt van Rijn
Rembrandt Harmenszoon van Rijn wordt op 15 juli 1606 geboren in Leiden, als negende kind van een molenaarsgezin. Hij is voorbestemd om in de voetsporen van zijn vader te volgen, als molenaar. In die tijd was dat een erg winstgevend beroep, waar miljoenen mee gemoeid waren.
Rembrandt heeft echter andere plannen. Gedurende zijn universitaire scholing komt hij gaandeweg tot het besluit om schilder te worden. Hij wordt leerling van de Leidse schilder Jacob van Swanenburg (1571-1638). Die is tijdens Rembrandts jeugd de enige schilder van historische schilderijen in de stad. Via Jacob van Swanenburg zou de jonge Rembrandt meer te weten komen over Italië en de legendarische schilder Caravaggio (1571-1610).
Omdat Jacob van Swanenburg te weinig uitdaging biedt voor de jonge Rembrandt, gaat deze omstreeks 1624 in de leer bij de Amsterdamse historieschilder Pieter Lastman (1583-1633). Lastman stond bekend om zijn sterk dramatische historiestukken met classicistische composities, gebouwen en materialen.
Rembrandt heeft tijdens zijn leven zowel in Leiden als in Amsterdam gewoond. Het is mede aan de invloedrijke kunstkenner Constantijn Huygens (1596-1687) te danken dat welvarende verzamelaars hun weg vinden naar Rembrandt. Niet lang na Huygens’ bezoek aan Rembrandts werkplaats in Leiden, openen zelfs de deuren van het stadhouderlijk hof in Den Haag.
De succesvolle Rembrandt trouwt in 1634 met Saskia van Uylenburgh, dochter van de steenrijke Friese kunsthandelaar Hendrick van Uylenburgh. Saskia en Rembrandt krijgen vier kinderen, waarvan er maar één volwassen wordt, Titus.
Een maand voordat Rembrandt De Nachtwacht voltooit in 1642, overlijdt Saskia. Na jaren van verdriet vindt hij een nieuwe liefde in Hendrickje Stoffels. Maar ook zij komt relatief jong te overlijden. Reden is het uitbreken van de pest in Amsterdam in 1663. In diezelfde periode schildert Rembrandt misschien wel het allermooiste en krachtigste werk uit zijn oeuvre, Het Joodse bruidje.
Rembrandt overlijdt uiteindelijk een jaar na zijn zoon Titus, in 1669. De schilder is dan 63. Rembrandt wordt begraven in de Westerkerk in Amsterdam.
Rembrandts meesterwerken
Rembrandt heeft talloze meesterwerken geschilderd. Van het aangrijpende schilderij Jeremia treurend over de verwoesting van Jeruzalem tot misschien wel het gruwelijkste schilderij van de 17de eeuw: De blindmaking van Simson.
De rebelse Rembrandt schilderde steeds weer op zijn eigen, originele manier. De rijke burgers Marten en Oopjen zijn bijvoorbeeld afgebeeld als koningen, ten voeten uit. En in het groepsportret De Staalmeesters maakt Rembrandt van jou geen kijker maar een deelnemer, die een vergadering van de staalmeesters lijkt te verstoren.
Met slechts enkele handgebaren of attributen weet de meester een verhaal te vertellen. En naarmate hij ouder wordt, begint hij steeds meer dingen weg te laten. Op deze wijze verhult hij de betekenis voor de onoplettende kijker. In Het Joodse bruidje verbeeldt hij de liefde van een koppel bijvoorbeeld niet door ze zoenend af te beelden, maar juist strelend. Ook Rembrandts bekendste meesterwerk De Nachtwacht blijft je verrassen. De schutters staan hierin niet te poseren, maar op het punt om uit te rukken. In plaats van een statisch groepsportret, loopt dit beroemde schilderij over van beweging.
Zelfportretten
Rembrandt tekende, schilderde en etste in zijn loopbaan zo’n tachtig zelfportretten, meer dan enig ander kunstenaar vóór de 20ste eeuw. De schilder gebruikte de zelfportretten om gezichtsuitdrukkingen te oefenen en de verschillende effecten van licht te bestuderen.
Rembrandt als etser
Rembrandt schilderde niet alleen, maar hij maakte ook prenten en etsen. Tussen 1626 en 1665 heeft hij er zo’n 300 gemaakt. De bewaard gebleven kunstwerkjes op papier zijn het bewijs van Rembrandts eindeloze drang naar innovatie. Hij beschouwde de koperplaat als zijn tekenvel. Hij drukte meerdere versies af en paste zijn compositie steeds weer aan.
Rembrandt werkte graag met een droge naald. Hij tekende niet in was, maar kraste direct met zijn naald in de koperplaat.
Schilderstijl
Rembrandt staat bekend om zijn dramatische gebruik van licht. Al in zijn vroegst bekende werk ‘De brillenverkoper’ maakt hij gebruik van zogenoemde clair-obscur. Rembrandt leert te spelen met licht en schaduwen te laten vallen op precies de juiste plek. Niet voor niets is ‘Rembrandtbelichting’ tegenwoordig nog altijd een begrip in de fotografie. Naast licht en schaduw, vallen ook de materialen in Rembrandts schilderijen op. Metalen voorwerpen lijken te glanzen en te glimmen in het zonlicht, terwijl je doeken en tapijten haast kunt vastpakken.
Hij had een scherp oog voor de wereld om hem heen. Vanaf het allereerste begin toonde hij een verregaande belangstelling voor zowel het uitzonderlijke als het gewone. In portretten geeft Rembrandt mensen weer zoals ze waren. Hij weet hun expressies te vangen, zonder ze al teveel te laten poseren.
Regelmatig krast Rembrandt in zijn schilderijen. Hij doet dit met de achterkant van zijn penseel in nog natte verf. Hierdoor komt de ondergrond tevoorschijn. Deze techniek kun je bijvoorbeeld zien in zijn Zelfportret uit 1628. Hij weet zo zijn eigen krullen na te bootsen.
Rembrandt staat bekend om zijn impasto schilderijen. Met name in zijn latere schilderijen gebruikte hij hele dikke en stugge verf. Zoals bij zijn meesterwerk Het Joodse bruidje. Hierin beeldhouwt hij als het ware de stugge verf. Een mouw lijkt hierdoor haast uit het doek te steken.
Een kenmerk is dat hij zowel heel gedetailleerd, als heel vlot en los kan schilderen. In Rembrandts latere werken kun je zijn vluchtige verfstreken goed zien.
Rembrandts voorbeelden
In zijn vroege jaren werd Rembrandt ongetwijfeld beïnvloed door zijn leermeesters Jacob van Swanenburg en Pieter Lastman. Maar Rembrandt wilde niet in de schaduw van zijn leermeesters staan. En dus zijn er ook invloeden van andere, legendarische schilders te herkennen in zijn schilderijen.
De Hollandse meester van licht en schaduw lijkt gefascineerd te zijn geweest door het gebruik van clair-obscur van de Italiaanse schilder Caravaggio. Ondanks dat Rembrandt nooit in Italië is geweest, lijken Italiaanse legendes zoals Leonardo da Vinci en Michelangelo invloed te hebben gehad op zijn schilderstijl. En in zijn barokke periode van ongeveer 1635 tot 1639, lijkt Rembrandt zich te willen meten met de Vlaamse meester van de barok, Peter Paul Rubens.
In de loop van 1633 begint Rembrandt zijn schilderijen te signeren met ‘Rembrant’ en ‘Rembrandt’. Dat was niet zonder reden. Hij volgde zo het voorbeeld van toen al wereldberoemde kunstenaars als Michelangelo en Leonardo, die alleen hun voornaam gebruikten.
Leerlingen
Een grote schilder zoals Rembrandt heeft natuurlijk ook grote leerlingen voortgebracht. Gerrit Dou (1613-1675), Ferdinand Bol (1616-1680) en Govert Flinck (1615-1660) zijn ook nu nog bekende namen in de kunstwereld. Gerrit Dou wordt bijvoorbeeld beschouwd als de grondlegger van de Leidse fijnschilders, die door zijn gladde schildertechniek en virtuoze stofuitdrukking veel succes boekte in de 17e en 18e eeuw.
Gestolen schilderijen
Het zal je vast niet verbazen dat de schilderijen van Rembrandt ook erg populair zijn onder criminelen. In 1990 nog, werd het schilderij ‘Christus in de storm op het meer van Galilea’ gestolen uit het Isabella Gardner Museum in Boston. Twee mannen deden zich voor als politieagenten en wisten zo het museum binnen te dringen. Het schilderij is nooit teruggevonden.
Geen enkel ander schilderij werd vaker gestolen dan Rembrandts portret van de Nederlandse tekenaar Jacob de Gheyn III. Het schilderij hangt tegenwoordig in de Dulwich Picture Gallery en wordt ook wel de ‘meeneem-Rembrandt’ genoemd. Tussen 1966 en 1983 werd het schilderij maar liefst vier keer gestolen.
Schuld
Ondanks alle roem en rijkdom, kampte Rembrandt tijdens zijn leven met schulden. In 1656 werd hij zelfs failliet verklaard. De reden? Zijn verregaande fascinatie voor kunstobjecten. Van porselein uit China, tot schelpen uit de Grote Oceaan, Rembrandt verzamelde het allemaal.
Verhalen over Rembrandt van Rijn
Veel meer verhalen over Rembrandt van Rijn vind je hier!