Antonij (Anton) Mauve (1838-1888) werd geboren in Zaandam. Op 16-jarige leeftijd ging hij in Haarlem in de leer bij de veeschilder Pieter Frederik van Os en daarna bij de paardenschilder Wouter Verschuur. Samen met Paul Gabriël ging Mauve vaak de natuur in om te schilderen. Vanaf zijn twintigste werkte hij onder meer in Oosterbeek, waar veel kunstenaars verbleven. In 1871 betrok Mauve een atelier in Den Haag. Daar gaf hij Vincent van Gogh, van wie hij een aangetrouwde neef was, korte tijd schilderles. Vanaf 1882 werkte hij 's zomers vaak in Laren, waar hij in 1885 ging wonen. Zijn werk was toen al bekend en geliefd bij verzamelaars uit binnen- en buitenland. In Amerika waren vooral Mauve’s schaapskudden populair, met onderscheid tussen 'sheep coming' (schapen van voren gezien) en de iets goedkopere 'sheep going'. Met zijn stemmige, sfeervolle landschappen met vee wordt Mauve gerekend tot de Haagse School.