In samenwerking met Museum Prinsenhof Delft heeft het Rijksmuseum voor het eerst uitgebreid materiaal-technisch onderzoek gedaan naar het oeuvre van Pieter de Hooch (1629-in of na 1679). Dit onderzoek werd uitgevoerd in aanloop naar de tentoonstelling 'Pieter de Hooch in Delft. Uit de schaduw van Vermeer' in Museum Prinsenhof Delft (11 oktober 2019 t/m 16 februari 2020). Door het onderzoek is meer inzicht verkregen in de werkwijze van Pieter de Hooch, zijn zoektocht naar de juiste compositie, de groei die hij doormaakte en het palet dat hij gebruikte.
Materiaal-technisch onderzoek biedt nieuwe inzichten op werk Pieter de Hooch
Janelle Moerman, directeur Museum Prinsenhof Delft: ‘In 2017 is Museum Prinsenhof Delft een groot multidisciplinair onderzoek gestart naar Pieter de Hooch. Niet eerder is zo uitgebreid onderzoek gedaan naar deze Delftse meester. Het Rijksmuseum was daarbij onze belangrijkste onderzoekspartner en ook de grootste bruikleengever van de tentoonstelling met maar liefst vier bruiklenen. Dankzij het onderzoek weten we meer dan ooit over Pieter de Hooch. Wij zijn het Rijksmuseum ontzettend dankbaar voor hun genereuze bijdrage aan de tentoonstelling’.
Taco Dibbits, hoofddirecteur Rijksmuseum: ‘Met dit onderzoek hebben we inzicht gekregen in hoe De Hooch zijn schilderijen opbouwde en is een mooie basis gecreëerd voor toekomstig onderzoek. Ik ben zeer blij dat het Rijksmuseum een bijdrage heeft kunnen leveren aan de niet-te-missen tentoonstelling in Museum Prinsenhof Delft’.
Onderzoek
De afgelopen anderhalf jaar werd van in totaal 27 schilderijen over de hele wereld technische informatie verzameld. Daarbij werd met behulp van geavanceerde beeldtechnieken zoals macro-XRF scanning (MA-XRF) en reflectance imaging spectroscopie (RIS/VNIR) letterlijk onder de huid van een tiental schilderijen gekeken. Het onderzoek vond plaats in het Ateliergebouw van het Rijksmuseum onder leiding van restaurator Anna Krekeler.
Nieuwe inzichten
De zoektocht naar de juiste compositie en onderliggende voorstellingen
Door MA-XRF kan bevestigd worden dat Pieter de Hooch vaak veranderingen in figuren op het schilderij aanbracht en op deze manier op zoek was naar de juiste compositie. Zo is nu zichtbaar geworden dat Pieter de Hooch de voorstelling veranderde op Een moeder die het haar van haar kind reinigt, bekend als de Moedertaak (ca. 1660-61). In de eerste instantie was een ander paar voor de bedstee geschilderd. De figuren die nu zichtbaar zijn geworden, komen overeen met mensen die te zien zijn op schilderijen die hij in Delft heeft geschilderd. De geschilderde ruimte komt overeen met voorstellingen die De Hooch in Amsterdam schilderde. Hierdoor lijkt het werk Moedertaak een brug te vormen tussen De Hoochs Delftse en Amsterdamse periode.
Groei van Pieter de Hooch
Het onderzoek heeft bevestigd dat de jaren die De Hooch in Delft doorbracht, vooral tussen 1655 en 1658, de jaren zijn geweest waar hij de meeste groei in zijn techniek en stijl heeft doorgemaakt. Een goed voorbeeld is het gebruik van spelden met daaraan een touwtje als hulpmiddel om het perspectief te construeren. In een aantal schilderijen van De Hooch zijn twee kleine speldengaatjes te vinden, waar kunstenaars normaal maar een speldengaatje gebruikten, precies op de plek van het centrale verdwijnpunt op de horizon. Na ca. 1658 komt het tweede speldengaatje in het oeuvre van De Hooch niet meer voor. Mede hierdoor kan geconcludeerd worden dat De Hooch deze karakteristieke toepassing van het centraal perspectief onder de knie had.
Het palet van Pieter de Hooch
Door het materiaal-technisch onderzoek kon voor het eerst volledig in kaart worden gebracht welke pigmenten Pieter de Hooch gebruikte. Voornaamste conclusie is dat het palet van De Hooch veelal gelijk is aan dat van andere 17de-eeuwse Nederlandse schilders. Opvallend is het gebruik van het pigment ultramarijn, gewonnen uit de halfedelsteen lapis lazuli. De Hooch gebruikte ultramarijn in veel schilderijen. En niet alleen voor prominente blauwe verfpartijen maar ook in mengsels met andere pigmenten als gele lak om bijvoorbeeld groen gebladerte weer te geven.
Metselaarszoon metselt met verf
Het gebruik van de kleur van de grondering als schaduw of middentoon maar ook het minimale aantal verflagen dat De Hooch gebruikte om de compositie op te bouwen, getuigen van een efficiënte en economische werkwijze. Het gebruik van grondering is door dit onderzoek ook zichtbaar geworden in Een gezelschap op de plaats achter een huis (ca. 1663-1665). De Hooch bouwde het huisje, als metselaarszoon, letterlijk, baksteen voor baksteen op, waar de grondering de specie vormt.
Catalogus Pieter de Hooch in Delft
Bij de tentoonstelling Pieter de Hooch in Delft. Uit de schaduw van Vermeer verschijnt een catalogus waarin het essay van restaurator Anna Krekeler is opgenomen. Hierin beschrijft zij uitgebreid de resultaten van haar onderzoek. De catalogus is o.a. online verkrijgbaar bij WBOOKS.
Het Rijksmuseum: internationaal expertisecentrum
In het Ateliergebouw bundelen het Rijksmuseum, de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) en de Universiteit van Amsterdam (UvA) hun kennis en expertise op het gebied van materiaal-technisch onderzoek, restauratie en conservering van cultureel erfgoed. Met onderzoek, onderwijs en praktijk onder één dak is dit voortdurend in ontwikkeling zijnde expertisecentrum uniek, niet alleen in Nederland maar ook buiten de landsgrenzen.