Stadsgezicht in de winter, Dirk Jan van der Laan, 1790 - 1813
De jongen staat klaar voor de sneeuwpret: hij houdt zijn schaatsen al omhoog. Het is zo koud dat het meisje haar handen onder haar schort stopt om ze warm te houden. De man in de deuropening is waarschijnlijk een zadelmaker, zoals uit zijn uithangbord blijkt. De andere man komt met zijn slee een gareel brengen, dat wordt gebruikt om een paard voor een wagen te spannen. De kerktoren komt niet overeen met een bestaande toren.