Het Rijksmuseum maakt gebruik van cookies. Een cookie is een klein tekstbestand dat een website op uw computer of mobiel toestel opslaat wanneer u onze site bezoekt. Meer weten? Lees ons cookiebeleid.
inscriptie, boven: ‘ipsa adeo morti vel formosissima cedunt’
nummer, rechtsonder: ‘50’
inscriptie, recto middenboven: ‘Tred all her by seht wer der schönst sy, aber zelt mich auch frij, ich bin der bas in der cantrij,’
verzamelaarsmerk, verso, gestempeld: Lugt 240
Omschrijving
Alles, zelfs de schoonheid, moet eens sterven: de dood, in de gedaante van een skelet, staat naast een elegante dame met een bloem in de hand, voor een tuin met pergola. Hij houdt haar zijn zandloper voor en voert haar in een omhelzing met zich mee.
Bijbehorende tekst van epigram in album: Zart edles Jungfraulien schön/ Ihr müst ein gänglein mit mir gehn/ Vielleicht ich nicht gefalle euch/ Und ihr für mir seyt worden scheuch/Das hilfft euch nicht/ eur schön gestalt/ Mir so viel desto bas gefallt. Afkomstig uit: Emblemata Saecularia. Mira et iucunda varietate seculi huius mores ita experimentia (...). 1e druk. Frankfurt am Main: J.T. de Bry en J.I. de Bry, 1596.