Het Rijksmuseum maakt gebruik van cookies. Een cookie is een klein tekstbestand dat een website op uw computer of mobiel toestel opslaat wanneer u onze site bezoekt. Meer weten? Lees ons cookiebeleid.
inscriptie, onder in de marge: ‘TU CALIGAS INFLARE MEAS, EGO CUDERE NUMMOS’
nummer, rechtsonder: ‘41’
verzamelaarsmerk, verso, gestempeld: Lugt 240
Omschrijving
Voorgesteld is een kolossale hurkende persoon, door wiens "gat", dat letterlijk open staat, een stroom mensen naar binnen kruipt. De man strooit uit een grote zak geld op de grond. Naar een van de twaalf ronde spreekwoorden van Bruegel: Die ghelt te gheven heeft onder hooghe en slechte, En dat hij wat milt laet van sijnen schat, druijpen, Hy vrijcht Offitien en comt t'sijnen rechte, Want elck en weet niet hoe hem sal in t' gat cruijpen lezen we bij Bruegel. Spotprent op de vleierij.
Bijbehorende tekst van epigram in album: Auff auff mir nach ihr guten Gesellen/Die volle Kuchen haben wollen/Ich kan auf beyden Achfeln tragen/Mein Herren etwas neues vorsagen/kan Feur und Wasser einem bringen/Kan schreyen/lachen/predigen/singen/Drumb lieben herren tauffer mich/Denn ich umb mich viel Bruder sich. Afkomstig uit: Emblemata Saecularia. Mira et iucunda varietate seculi huius mores ita experimentia (...). 1e druk. Frankfurt am Main: J.T. de Bry en J.I. de Bry, 1596.