Het Rijksmuseum maakt gebruik van cookies. Een cookie is een klein tekstbestand dat een website op uw computer of mobiel toestel opslaat wanneer u onze site bezoekt. Meer weten? Lees ons cookiebeleid.
Zogenaamde Argandse lamp, bestaande uit een lamphouder met olie-reservoir en een parabolische spiegel, alle op een messing beugel bevestigd. Het olie-reservoir, achter tegen de spiegel aangebracht, is een elegant vormgegeven en gedeeltelijk vergulde vaas met een vlotter onderin, staande in een cylinder en verbonden met de lamp via een aanvoer. De lamphouder heeft een kleine olie-receptor onderaan; het glas ontbreekt. De parabolische spiegel is van koper, het spiegel-oppervlak verzilverd.
De Fransman Argand ontwierp dit soort lampen voor vuurtorens in 1782 (Engels patent in 1784) en verbeterde ze in 1790. Boulton & Watt nam ze voor Argand in productie. De eerste toepassing in Nederland was de vuurtoren van Westkapelle, die met vijftien van deze, in Engeland gekochte, 'catoprische' (van reflectoren voorziene) lampen werd uitgerust; later ook de vuurtoren van Kijkduin.