Portret van de familie Cock Blomhoff, hun min en twee tot slaaf gemaakte bedienden, Ishizaki Yushi (toegeschreven aan), 1817
Toen opperhoofd Jan Cock Blomhoff in 1817 in Japan aankwam, deed hij iets heel ongebruikelijks: hij nam zijn gezin mee. Westerse vrouwen mochten Deshima niet betreden. Titia, haar zoontje en de min moesten dan ook na enkele maanden het land weer verlaten. Een Japanse kunstenaar portretteerde de familie. Van links naar rechts zijn te zien: Jan Cock Blomhoff, de min Petronella Munts, Titia Cock Blomhoff-Bergsma met zoontje Jan en twee tot slaaf gemaakte Javaanse bedienden: Maraty en een onbekende jongen.