Het Rijksmuseum maakt gebruik van cookies. Een cookie is een klein tekstbestand dat een website op uw computer of mobiel toestel opslaat wanneer u onze site bezoekt. Meer weten? Lees ons cookiebeleid.
Gegoten rechter vleugel, met een rij van vijf veren, met daarboven vijf lange veren. Op het bevestigingsstuk is een restant van een nummering zichtbaar.
Bodemvondst: De vleugels zijn waarschijnlijk opgegraven bij de Grote of St.-Jacobskerk te Den Haag in 1857, samen met de kaarsenkroon (BK-NM-9387-A). In de brief van 5 mei 1891 van de directeur van het Nederlandsch Museum welke betrekking heeft op de aankoop van deze collectie, behoren deze vleugels vermoedelijk tot de 'losse armen en andere fragmenten.' Wellicht zijn deze vleugels onderdelen geweest van engelenfiguren (met lijdenswerktuigen?) die op een lichtboog (of herse) hebben gestaan.Bodemvondst: gevonden onder een huis bij de Grote of Sint-Jacobskerk, 's-Gravenhage in 1857 (Van der Kellen 1861).