Gewatteerde jas (douillette), anoniem, ca. 1820
Douillette betekent in het Frans zacht, glad en comfortabel. In Nederland kwamen deze gewatteerde jassen vanaf de jaren 20 van de 19de eeuw in de mode. Dit exemplaar heeft een bijpassende ceintuur met ornamenten op de rug. De gepofte mouwen, die door middel van verticale banden zijn gevuld en gerimpeld, vinden hun oorsprong in de 16de eeuw.