Our website uses cookies. A cookie is a small text file which will be saved on your computer or mobile device when you visit our website. More information? Read our cookie policy.
Satire met het schilderen van de Antichrist, ca. 1650. Interieur van een herberg waarin een schilder het portret van de opgeroepen Antichrist of duivel schildert op het blote achterste van een voorover gebogen man met een kroon op het hoofd. De duivel staat op een rookwolk, hierbij een globe en tang. Links aan een tafel een man met een glas wijn, een luitspeler en een jonge vrouw. Achter de schilder een dwaas met een hoge hoed, grote kraag en grote neus. Daarachter staat een man met een model van een kasteel. Rechts kijkt een Hollandse matroos met bontmuts in de hand toe. In het onderschrift een vers van twee keer vijf regels. Het vers spreekt van een vergadering van het broederschap van het rode kruis [de Rozekruisers of Rozenkruisers], de kleding van twee van de personen is op de mouw versierd met een kruis. Waarschijnlijk heeft de voorstelling betrekking op de dichter Mattheus Gansneb Tengnagel.