Our website uses cookies. A cookie is a small text file which will be saved on your computer or mobile device when you visit our website. More information? Read our cookie policy.
Visioen van de ondergang van Spanje, ca. 1630. Centrale voorstelling waarin het kasteel Castillië (Spanje) door de Noordse bok (Zweden die in 1630 de oorlog verklaart aan de Habsburgse monarchie) wordt geramd en ten onder dreigt te gaan in een zee met ganzen (de watergeuzen of Hollanders), walvissen en de ondergang van de Spaanse Armada (1588). Op het land allerlei dieren (zandhazen, konijnen en muizen) en Roomse geestelijken en vorsten die de ondergang van Spanje betreuren. Vanuit de hemel de woorden: Mene mene tekel upharsim. Om de centrale voorstelling heen staan zestien kleine scènes gemerkt A-Q van de wreedheid van de Spanjaarden in de Nederlanden, Portugal en Spanje en tegen de oorspronkelijke bevolking van de 'Nieuwe Wereld'. Bij de prent behoort een tekstblad.
Muller ordende deze plaat eerst bij het jaar 1645. Volgens de beschrijving in het Supplement past de prent beter rond 1625 omdat de prent gebaseerd zou zijn op (of het origineel voor) de titelprent in: Nicolaas Jansz van Wassenaar, t' Achste deel of t' Vervolch van het Historisch Verhael aller gedenckwaerdiger geschiedenissen, die in Europa, als Duijtslant, Vranckrijck, Engelant ... Nederlant: in Asia ... in Africa ... in America ... van Octobri des jaers 1624. tot April des jaers 1625. voorgevallen syn, Johannes Janssonius, Amsterdam 1625 (FMH 1433A/8). De identificatie in de prent van de Noordse Bok als Zweden wijst op een datering van ca. 1630.