Our website uses cookies. A cookie is a small text file which will be saved on your computer or mobile device when you visit our website. More information? Read our cookie policy.
Een zot, verkleed als jager, staat op een tweesprong. Hij heeft een stok in de hand en een jachthoorn aan zijn gordel. Naast hem zijn jachthond. Op beide wegen rent een konijn van hem weg. De zot moet nu kiezen welk dier hij zal najagen. Het is dwaas met maar één hond twee hazen na te jagen. De prent valt te interpreteren als een allusie op het leven van de mens. Hij zal op een bepaald moment moeten kiezen tussen de deugdzame weg, die leidt naar het Paradijs en de weg van aardse lusten. De prent heeft een Nederlands en Latijns onderschrift.
De thematiek van de serie is ontleend aan de zotten- en narrenvoorstellingen van Sebastian Brant. Zie verder I.Veldman, ‘Leerzame dwaasheid. De invloed van het Sotten schip (1548) op zottenvoorstellingen van Maarten van Heemskerck en Willem Thibaut', In: Nederlands Kunsthistorisch Jaarboek, 37 (1986), p. 205-207.
I.Veldman, ‘Leerzame dwaasheid. De invloed van het Sotten schip (1548) op zottenvoorstellingen van Maarten van Heemskerck en Willem Thibaut', In: Nederlands Kunsthistorisch Jaarboek, 37 (1986), p. 205-207.