Our website uses cookies. A cookie is a small text file which will be saved on your computer or mobile device when you visit our website. More information? Read our cookie policy.
Een kale en naakte melaatse wordt in het bijzijn van toeschouwers van zijn ziekte gereinigd volgens de reinigingswet zoals God die aan Mozes had voorgeschreven (Leviticus 14:1-7). Het ritueel wordt uitgevoerd met behulp van twee vogels. Eén vogel wordt geslacht boven een pot waarin vervolgens het bloed valt. De andere vogel is in deze pot met bloed gedoopt en wordt op de achtergrond vervolgens vrijgelaten om de onreinheid weg te kunnen dragen. De gevlogen vogel staat symbool voor de ontsnapping aan de dood. De man links van de melaatse houdt de beker met vogelbloed vast waarmee de melaatse besprenkeld zal worden om uiteindelijk volledig te kunnen genezen.