Our website uses cookies. A cookie is a small text file which will be saved on your computer or mobile device when you visit our website. More information? Read our cookie policy.
Drie vrouwen, waarvan de middelste met ontblote borsten op de grond zit, zijn bij elkaar in een tuin. Op de grond liggen appels. Over de middelste vrouw worden door twee putti rozen gestrooid. Illustratie bij een tekst uit het boek Christelycke Offerande uit 1640. In de tekst wordt de liefde bezongen, waarvan appels en rozen het symbool zijn. In het lied wordt de voorkeur gegeven aan goddelijke liefde in plaats van aardse liefde.
Blad uit: Krul, Jan Hermansz. Christelycke offerande, bestaende in gheestelijcke rijmen ende zangen. Amsterdam: Cornelis Dircksz Cool (I) en Jan Hermansz Krul, 1640.