Our website uses cookies. A cookie is a small text file which will be saved on your computer or mobile device when you visit our website. More information? Read our cookie policy.
Fragment van een strook naturelkleurige kloskant: oude Brabantse kant. Het oorspronkelijke patroon heeft twee afwisselende en min of meer driehoekige composities met grote motieven, die deels met elkaar verbonden worden door een vlechtengrond met picots en deels door een traliegrond. Eén van de composities is hier te zien en betreft de symmetrische compositie met centraal een grote bloem, of vrucht in een schaal, omringd door rozetbloemen en vier spitsovalen. De motieven zijn gemaakt in los gewerkte linnenslag met opengewerkte randjes en met zeer spaarzaam voorkomende reliëfcontourlijnen. Als siergrond is een vijfgaatjesgrond gebruikt. De bovenzijde is afgewerkt met een gekloste rand. De schulpenrand aan de onderzijde komt voort uit het patroon.
De strook is voor een rochet gemaakt. Een rochet behoort tot de liturgische gewaden van de Katholieke Kerk. Het is een specifiek soort koorhemd, dat tot op de knie valt en over een lang gewaad (de soutane of toga) wordt gedragen. Een rochet wordt door prelaten gedragen. Dit zijn geestelijken met een bijzondere bestuursmacht, dat kunnen bijvoorbeeld kardinalen, aartsbischoppen, bisschoppen en kanunniken zijn.